Nieuwsberichten
15 september 2025
5min

6 vragen over de hypotheekrenteaftrek

Wie de verkiezingscampagne de komende weken gaat volgen, zal de term ‘hypotheekrenteaftrek’ nog heel vaak gaan horen. Meer dan ooit lijkt de toekomst van het belastingvoordeel voor huiseigenaren onder druk te staan. Het onderwerp roept dan ook de nodige vragen en zorgen op bij (toekomstige) eigenwoningbezitters. Want waarom begint de politiek zich opeens zo te roeren over de hypotheekrenteaftrek en hoe erg is het als hij er straks niet meer is? Wij beantwoorden de 6 belangrijkste vragen over de hypotheekrenteaftrek.

De Hypotheker logo De Hypotheker
Leestijd: 5 min
Laatste update 15/09/2025
Belastingenvelop met geld

Wat is hypotheekrenteaftrek ook alweer?

Eerst een korte stoomcursus voor wie nog niet zo diep in de materie zit. Dankzij de hypotheekrenteaftrek mogen huizenbezitters de betaalde hypotheekrente aftrekken bij de inkomstenbelasting. Heel kort door de bocht mag je de rente die je hebt betaald in mindering brengen op het inkomen waarover je belasting betaalt. Hierdoor daalt je belastbaar inkomen en betaal je dus minder belasting. Wel wordt er eerst het zogeheten eigenwoningforfait opgeteld bij je inkomen. Dit is een percentage van de WOZ-waarde van je woning.

Waarom is hypotheekrenteaftrek ooit ingevoerd?

De geschiedenis van de hypotheekrenteaftrek dateert al uit de 19e eeuw. Pas na de Tweede Wereldoorlog werd het fiscale voordeel echter een politiek instrument waarmee mensen tot eigenwoningbezit werden aangespoord. Want je kunt het je in de huidige markt niet voorstellen, maar ooit waren Nederlanders huiverig om een huis te kopen. Hoge rente en onzekerheid over de prijsontwikkeling maakten dat men huren ook wel prima vond. Met de hypotheekrenteaftrek moest een deel van de drempel naar een eigen koophuis worden weggenomen.

Hoeveel scheelt het als de hypotheekrenteaftrek wordt afgeschaft?

Op die vraag is niet één kort antwoord te formuleren. Hoeveel hypotheekrenteaftrek je krijgt, hangt namelijk af van verschillende factoren. In de eerste plaats is het afhankelijk van de hoogte van jouw hypotheekrente. Want hoe meer rente je betaalt, hoe meer je af kunt trekken bij je belastingaangifte. Dit wordt ook bepaald door de hoogte van je (openstaande) hypotheekschuld. Mensen in duurdere woningen hebben daarom een groter nettovoordeel van de hypotheekrenteaftrek dan huizenbezitters in een goedkopere woning.

Om een inschatting te maken van de impact van het afschaffen van de hypotheekrenteaftrek, maakten wij onlangs een voorbeeldberekening. Hieruit blijkt dat het fiscale voordeel bij een annuïteitenhypotheek van ruim € 357.000 en een hypotheekrente van 3,7 procent in het eerste jaar ca. € 400 per maand bedraagt. Na 15 jaar is het belastingvoordeel nog altijd € 270 per maand. De impact van volledige afschaffing zou dus relatief groot zijn bij een gemiddelde hypotheek. Er is echter een grote ‘maar’, die we verderop in dit artikel zullen toelichten.

Waarom wil men de hypotheekrenteaftrek opeens afschaffen?

Nu de hypotheekrenteaftrek een actueel onderwerp is, lijkt het misschien alsof de afschaffing uit de lucht komt vallen. Als we wat verder teruggaan in de tijd, zien we dat het onderwerp als veel langer politiek beladen is en mogelijke afbouw niets nieuws onder de Haagse zon is. Lange tijd waren het vooral de linkse partijen die pleitten voor het afbouwen van de hypotheekrenteaftrek. Rechtse partijen als VVD en CDA peinsden er niet over. Het H-woord, zoals de hypotheekrenteaftrek in Den Haag werd genoemd, vormde tijdens eerdere formaties zelfs een breekpunt.

De afgelopen jaren heeft de huizenmarkt echter een vlucht genomen en is er sprake van een serieus woningtekort. De politieke partijen zijn het erover eens dat er iets moet gebeuren om de woningmarkt eerlijker te maken. Het afbouwen van de hypotheekrenteaftrek is een van de instrumenten waarnaar wordt gegrepen om de markt mogelijk iets af te koelen en de kloof tussen kopers en huurders kleiner te maken. Daarom staat het onderwerp deze verkiezingscampagne hoog op de agenda en is ook het CDA inmiddels voor geleidelijke afbouw.

Gaat de hypotheekrenteaftrek misschien in één keer verdwijnen?

Geen zorgen! De partijen die voorstander zijn van het afschaffen van de hypotheekrenteaftrek hebben het allemaal over een geleidelijke afbouw. De kans dat de hypotheekrenteaftrek van vandaag op morgen opeens verleden tijd zal zijn, is daarom bijzonder klein of zelfs uitgesloten. Die impact zou zeer waarschijnlijk simpelweg te groot zijn voor huizenbezitters die afhankelijk zijn van de belastingteruggave. Zoals we hierboven lieten zien, scheelt het bij een gemiddeld hypotheekbedrag € 400 als de hypotheekrenteaftrek in een keer zou wegvallen.

Over de definitie van ‘geleidelijk’ lopen de meningen in de verkiezingsprogramma’s wel uiteen. GroenLinks-PvdA wil het meest voortvarend van slag en zou de hypotheekrenteaftrek in 8 tot 12 jaar willen afbouwen naar 0. Het CDA denkt eerder aan een langere transitieperiode van 30 jaar. Dat zou betekenen dat nieuwe huizenkopers de gehele looptijd van hun hypotheek gebruik zouden kunnen maken van het fiscale voordeel. De meeste andere partijen hebben een transitieperiode van 15 tot 20 jaar in gedachten.

Worden huizen goedkoper als de hypotheekrenteaftrek wordt afgeschaft?

Tegenstanders van de hypotheekrenteaftrek hebben als belangrijk argument dat het belastingvoordeel de huizenprijzen verder opdrijft. Ook veel economen, waarover van het Centraal Planbureau (CPB) en De Nederlandsche Bank (DNB) zijn het hierover eens. Door de hypotheekrenteaftrek kunnen kopers meer bieden op een woning en in tijden van schaarste zoeken veel kopers de grenzen op van hun maximale leencapaciteit. Toch is het de vraag of de stijgende huizenprijzen opeens zullen gaan dalen als de hypotheekrenteaftrek wordt afgeschaft. Huizenprijzen hangen namelijk af verschillende factoren, waaronder het aanbod en de hypotheekrente. Het is daarom niet met zekerheid te zeggen wat het effect zal zijn op de woningmarkt, maar onder economen is er een zekere consensus dat afbouw van de hypotheekrenteaftrek zeker invloed heeft op de prijsontwikkeling.